Poem of the month
When I am among the trees, By Mary Oliver
(Nederlandse vertaling onderaan)
When I am among the trees,
especially the willows and the honey locust,
equally the beech, the oaks, and the pines,
they give off such hints of gladness.
I would almost say that they save me, and daily.
I am so distant from the hope of myself,
in which I have goodness, and discernment,
and never hurry through the world
but walk slowly, and bow often.
Around me the trees stir in their leaves
and call out, “Stay awhile.”
The light flows from their branches.
And they call again, “It’s simple,”
they say, “and you, too, have come
into the world to do this, to go easy,
to be filled with light, and to shine.”
In het nederlands:
Als ik tussen de bomen ben
Vooral de wilgen en de meidoorn
Maar ook de beuk, de eiken en de dennen,
Geven ze zulke hints van blijheid.
Ik zou bijna zeggen dat ze me redden, en wel dagelijks.
Ik ben zo ver van de hoop van een zelf
Vol goedheid en inzicht, die nooit haastig
Door de wereld gaat
Maar langzaam loopt en veel buigt.
Om me heen ruisen de bladeren
En de bomen roepen: “Blijf nog even.”
Het licht stroomt van hun takken
En ze roepen weer: “Het is eenvoudig,
“En ook jij bent geboren om dit te doen,
Om je moeiteloos te bewegen,
Om, gevuld met licht, te stralen.”
< < Back to News and Views